Een 58-jarige medeverdachte uit de gemeente Bernheze wordt verdacht van het zich laten omkopen door de hoofdverdachte, valsheid in geschrift en het witwassen van bijna een half miljoen euro. Tegen hem eisen de officieren een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan acht maanden voorwaardelijk.
Beide mannen kennen elkaar al sinds 2001 vanuit de motorcrosswereld. Het bedrijf, een supermarktketen, waar de medeverdachte bestuurder was, sponsorde het team van de hoofdverdachte. In 2014 kwam aan het licht dat de hoofdverdachte, een Drentse autohandelaar, sponsorgelden voor andere doelen gebruikte dan voor de motorcross. Daarna laten de medeverdachte zelf en zijn medebestuurders aan de hoofdverdachte weten dat de sponsoring en het contact wordt stopgezet.
Contact blijft
Toch blijven de mannen elkaar na 2014 zien en spreken. Hun contact wordt verzwegen voor de supermarktketen. Zij sturen elkaar meer dan 1400 app-berichten, spreken af in de werkplaats van de medeverdachte in Veghel, in een kroeg, bij verschillende supermarktlocaties en ook bij het autobedrijf van de hoofdverdachte. Terwijl de hoofdverdachte inmiddels verdachte was in het omvangrijke witwasonderzoek ‘Arville’. Het in december 2020 gestarte onderzoek ‘Hille’ kent in ‘Arville’ zijn oorsprong.
Op 13 september 2022 vinden er doorzoekingen plaats bij onder meer de hoofd- en medeverdachte. Daarbij wordt nagenoeg een half miljoen euro in cash gevonden in het huis en de werkplaats van de medeverdachte, waaronder coupures van 100, 200 en 500 euro. Ook wordt bij beide verdachten de administratie in beslag genomen. Dit alles heeft uiteindelijk geleid tot een zaak waarin zich vier verdachten in het openbaar ter zitting moeten verantwoorden: de hoofd- en medeverdachte en twee personen die een door het OM op te leggen strafbeschikking niet wilden accepteren. Twee andere verdachten hebben wel een strafbeschikking geaccepteerd.
Witwassen
Tijdens de doorzoekingen in de werkplaats en de woning van de medeverdachte is ruim 448.000 euro aan cash aangetroffen, waarvan niet duidelijk is hoe hij aan dat geld is gekomen. Namens de medeverdachte zijn twaalf verklaringen ingediend waarmee de verdediging een toelichting geeft voor waar dit geld vandaan zou komen, als gevolg waarvan er in haar ogen geen sprake kan zijn van een witwasverdenking. De verklaringen zien onder meer op de verkoop van een Bentley, motoren, motorblokken en versnellingsbakken.Het OM vindt dat er, met uitzondering van zo’n 4.000 euro, wel sprake is van (gewoonte)witwassen, omdat veel afgelegde verklaringen weinig consistent, tegenstrijdig en onjuist zijn. Onduidelijk blijft wie de specifieke kopers zijn en welke onderdelen precies zijn verkocht. Zo ontbreken foto’s, bankafschriften, eigenaarspapieren en overeenkomsten. Ook kloppen volgens het OM meerdere genoemde data van (vermeende) transacties niet. De officieren van justitie vragen de rechtbank dan ook om van het inbeslaggenomen contante geld een bedrag van zo’n 444.000 euro verbeurd te verklaren, omdat wordt vermoed dat dit bedrag van misdrijf afkomstig is.
Omkoping
Tussen de verdachten is over meerdere jaren een relatie ontstaan, waarin de hoofdverdachte (het bedrijf van) de medeverdachte nodig had voor sponsordeals, hoewel het bedrijf dit na 2014 niet meer wilde. De officieren van justitie: “Verdachten bedachten daarom gezamenlijk constructies voor de wijze van facturering van sponsordeals, zodat uit het zicht bleef dat de hoofdverdachte daarbij betrokken was en dat de medeverdachte in dat verband giften ontving.”De medeverdachte werd volgens het OM door de hoofdverdachte (deels) omgekocht met onder meer crossmotoren, auto’s en bijzondere gereedschapskisten. Ook werd er 25.000 euro aan contant geld gegeven en een dubieuze constructie bedacht voor het leveren van een dieplader. De medeverdachte heeft dit alles verzwegen voor zijn bedrijf.
Valsheid in geschrift en fiscale delicten
Beide verdachten worden ook verdacht van valsheid in geschrift. Zo wordt de medeverdachte, deels in het verlengde van de omkoping, verweten bewust valse sponsorfacturen in de administratie van de supermarktketen te hebben laten opnemen en te hebben laten uitbetalen. Daarbij ging het onder meer om door hemzelf in privé verkregen goederen dan wel geld.
De man uit Aa en Hunze wordt verder verdacht van meerdere fiscale delicten. Dit betreft het opzettelijk onjuist doen van aangiften inkomstenbelasting voor hemzelf en van aangiften omzet- en vennootschapsbelasting voor zijn autobedrijf. Er zou voor een bedrag van ruim € 900.000 fiscale fraude zijn gepleegd. Verder pleegde hij volgens het OM tot twee keer toe hypotheekfraude.
Voor wat hoort wat
Het OM ziet dat de hoofdverdachte vanaf 2014 tot en met 2022 aaneengesloten bezig is geweest met criminele activiteiten. ‘Voor wat, hoort wat’ moet hij hebben gedacht richting de medeverdachte, terwijl hij hem het ene na het andere relatiegeschenk aanbood. Enkel om er zelf beter van te worden, waarmee hij de voor iedereen geldende regels aan zijn laars lapte.De medeverdachte is in het verleden al eens stevig gewaarschuwd voor zijn banden met de hoofdverdachte. Toch heeft hij die niet doorgesneden. Voor het OM blijft onduidelijk waarom. De officieren van justitie kenmerken zijn optreden als flagrant onverschillig ten aanzien van het rechtssysteem, waarmee hij “een gebrek aan respect toont voor gerechtelijke autoriteiten.”
Code geel
De medeverdachte gebruikte zijn positie bij het supermarktconcern om er zelf beter van te worden. Daarmee bracht hij zijn bedrijf in diskrediet. Hij handelde in strijd met de gedragscode van het bedrijf, de Code Geel, en de daarin vastgelegde regeling omkoping en corruptie. Daarin staat bijvoorbeeld dat men bij sponsoring volkomen transparant te werk gaat. ‘Alles wordt open en eerlijk in de boeken opgenomen’, valt te lezen.Dat juist deze bestuurder in strijd handelt met een code die hij de medewerkers zelf heeft opgelegd, is volgens de officieren van justitie buitengewoon kwalijk. “Zeker als je in ogenschouw neemt dat hij in een videoboodschap de medewerkers op het belang van die code heeft gewezen.”
Dinsdagmiddag en donderdagochtend staan in het teken van de pleidooien van de raadslieden. Vervolgens kunnen OM en verdediging kort op elkaar reageren in repliek en dupliek. De beide verdachten krijgen tot slot het laatste woord.
De rechtbank Noord-Nederland laat na de inhoudelijke behandeling weten wanneer zij uitspraak doet in deze zaak.